Zelf alles online berekenen

Al 24 jaar informatief en onafhankelijk.
294 rekentools en ruim 25.000.000 berekeningen per jaar.
Prinsjesdag update • belastingplan 2025 verwerkt.

Winstmarge, inkoopprijs, verkoopprijs en korting geven

Wat is de winstmarge op een product?
Hoeveel korting kunt u geven?
Wat blijft er over na korting of een kortingsactie?

Op school wordt geleerd om de winstmarge te berekenen als een percentage van de inkoopprijs. Dat werkt goed voor bedrijfskundige berekeningen.
Maar bij de verkoop praat u met uw klant over de verkoopprijs en de korting daarop. En dan kan het fout gaan: 25% korting geven, terwijl u 30% winstmarge heeft, zorgt onverwacht voor verlies!

Winstmarge

Het begrip winstmarge verdient enige uitleg. Winstmarge is een percentage en is dus een bedrag t.o.v. een ander bedrag. Bijvoorbeeld € 50 t.o.v. € 200 = 50 /200 = 25%.

Bij winstmarge kan dat andere bedrag de inkoopprijs of de verkoopprijs zijn. En dat maakt een verschil.

In de dagelijkse bedrijfsvoering is het verstandig – en vooral het veiligste – om te werken met de winstmarge in de verkoopprijs. Dus het winstpercentage t.o.v. de verkoopprijs. Dit is verstandig omdat kortingen ook altijd gegeven worden op de verkooprijs.

Door ook de winstmarge in de verkoopprijs weten, kunt u makkelijk uit het hoofd berekenen wat er aan winstmarge overblijft als u korting geeft. Is uw winstmarge bijvoorbeeld 30% en geeft u bij een grote deal 25% korting, dan maakt u nog winst. (30% – 25% = 5% winst t.o.v. de oorspronkelijke verkoopprijs.)

Zou u een winstmarge van 30% op de inkoopprijs hanteren en 25% korting geven. Dan heeft u een probleem: u maakt verlies.
U koopt bijvoorbeeld in voor € 1.000, uw verkoopprijs is in dit geval € 1.000 + 30% = € 1.300. Geeft u daar 25% korting op, dan wordt de verkoopprijs: € 1.300 – 25% (€ 325) = € 975. Verlies dus, ondanks dat 30% – 25% winst doet vermoeden.

Om fouten als deze bij u en uw medewerkers te voorkomen is het daarom duidelijker en veiliger om de winstmarge (ook) te berekenen in de verkoopprijs en deze te hanteren in de dagelijkse praktijk.

U kunt natuurlijk ook onze rekentool gebruiken voor het berekenen van de winst en winstmarge na het geven van korting. Deze kan dit ook berekenen bij kortingsacties zoals: ’tweede product voor de halve prijs’ en ‘wij betalen de btw’.

Wij hebben een aantal berekeningen beschikbaar om te rekenen met winst, inkoopprijs en verkoopprijs:

Al deze berekeningen zijn te gebruiken inclusief en exclusief btw, of gemengd, zoals van een inkoopprijs exclusief btw naar een verkoopprijs inclusief btw.

Formules

Het berekenen van één van de drie uit de andere twee kan (vrij eenvoudig) met de volgende formules:

Verkoopprijs berekenen:

  • Verkoopprijs = inkoopprijs / (1 – winstmarge)

Voorbeeld: 500,00 / (1 – 30%) = 500,00 / 0,70 = € 714,29 (NB: 1 – 30% = 1 – 0,30 = 0,70)

Inkoopprijs berekenen:

  • Inkoopprijs = verkoopprijs * (1 – winstmarge)

Voorbeeld: 800,00 * (1 – 30%) = 800,00 * 0,70 = € 560,00

Winstmarge over de inkoopprijs berekenen:

  • Winstmarge over de inkoopprijs = (verkoopprijs – inkoopprijs) / inkoopprijs

Voorbeeld: (400,00 – 300,00) / 300,00 = 33%

Winstmarge in de verkoopprijs berekenen:

  • Winstmarge in de verkoopprijs = (verkoopprijs – inkoopprijs) / verkoopprijs

Voorbeeld: (400,00 – 300,00) / 400,00 = 25%

Btw

Het maakt niet uit of de berekeningen worden uitgevoerd inclusief of exclusief btw. De btw is immers een percentage over de bedragen. Wel moet u beide bedragen inclusief óf exclusief btw gebruiken.

We hebben ook een rekentool voor het berekenen van de btw en voor het berekenen van de prijs na wijzigen van het btw-tarief.

De formules hiervoor zijn:

  • Inclusief btw = exclusief btw * (1 + btw-tarief)

Voorbeeld: 100,00 * (1 + 21%) = 100,00 * 1,21 = € 121,00

  • Exclusief btw = inclusief btw / (1 + btw-tarief)

Voorbeeld: 95,00 / (1 + 21%) = 95,00 / 1,21 = € 78.51

Zelf berekenen

Er zijn in totaal 41 rekentools voor Ondernemen, ZZP-er & DGA.