Zelf alles online berekenen

Al 24 jaar informatief en onafhankelijk.
296 rekentools en ruim 25.000.000 berekeningen per jaar.
Geheel bijgewerkt voor 2024.

Levenslooptegoed uitkeren... of niet?17-04-2015

Als u nog een levensloopspaarder bent dan kunt u in 2015, dankzij de 80%-regeling, uw levenslooptegoed opnemen met 20% ‘belastingkorting’. U hoeft dan maar over 80% van de opname belasting te betalen. Dat klinkt in eerste instantie interessant, maar als we er beter naar kijken, is het dan wel echt interessant

In 2006 werd de levensloopregeling ingevoerd, een fiscale regeling om te kunnen sparen voor onbetaald verlof zoals ouderschapsverlof, zorgverlof of een sabbatical. In 2012 werd de regeling al weer beëindigd. Hij zou opgevolgd worden door vitaliteitssparen, maar dat is er nooit van gekomen.

Alleen mensen die op 31 december 2011 meer dan € 3.000 gespaard hebben binnen de levensloopregeling kunnen tot en met 31 december 2021 gebruik blijven maken van de regeling.

Uitgestelde belasting

Bij levensloopsparen wordt er bij het inleggen geen belasting betaald. Men spaart dus met bruto geld. Op het moment van opnemen zijn de uitkeringen belast in box 1.

Dit kan een fiscaal voordeel geven bij onbetaald verlof als men dan in een lagere belastingschijf blijft. Uitkeren (in één keer) naast een inkomen kan juist nadelig uitpakken, omdat de uitkering dan belast wordt boven op het andere inkomen, dus tegen het hoogste tarief.

80%-regeling levensloop

De overheid probeert nu levensloopspaarders te stimuleren hun levenslooptegoed uit te keren, om de economie te stimuleren en te voorkomen dat het tegoed gebruikt gaat worden als vroegpensioen. Daarvoor gold er in 2013 en nu ook weer in 2015 een ‘80%-regeling’. Bij uitkering van het tegoed in één keer wordt maar 80% hiervan belast. 20% krijgt u dan dus onbelast.

Hoeveel geld u van uw levensloopuitkering overhoudt kunt u berekenen met onze rekentool levenslooptegoed uitbetalen. De tool toont ook hoeveel belasting u dan betaalt over uw levenslooptegoed.

Uitkeren met de 80%-regeling lijkt al snel interessant. Maar is dat ook echt zo?

Makkelijker kunnen we het niet maken

De slogan ‘Leuker kunnen we het niet maken, wel makkelijker’ van de belastingdienst gaat helaas ook hier weer niet op. Of uitkering nu of later slim is, is bijna niet meer te bepalen, omdat er zoveel neveneffecten zijn. We zetten hieronder de belangrijkste voor u op een rijtje.

Box 3

Het levenslooptegoed wordt niet belast in box 3. Afhankelijk van uw box 3 vrijstelling kan het dus interessant zijn om niet uit te keren, zeker niet als u het geld de komende jaren niet nodig heeft. Zo houdt u het geld uit box 3, dat u ieder jaar weer 1,2% box 3 heffing scheelt.

Heffingskortingen

De arbeidskorting en algemene heffingskorting zijn tegenwoordig (sterker) inkomensafhankelijk. Afhankelijk van uw inkomen in het jaar van uitkeren betaalt u hierdoor meer of juist minder belasting over de uitkering dan alleen de box 1 belastingschalen doen vermoeden.

Onze rekentool levenslooptegoed uitbetalen neemt dit mee in de berekening.

Heeft u in een jaar geen of heel weinig inkomen en ook geen fiscaal partner met voldoende inkomen, dan kan een levensloopuitkering ervoor zorgen dat u dan wel voldoende inkomen heeft om (optimaal) te profiteren van de heffingskortingen. 

De inkomensafhankelijke heffingskortingen verlopen in 2015 als volgt:

  • De algemene heffingskorting is maximaal bij een inkomen tot € 19.822. Daarboven daalt hij tot bij een inkomen van € 56.935. Daarboven is hij weer constant.
  • De arbeidskorting loopt op totdat hij maximaal is bij een inkomen van € 19.463. Daarboven blijft hij constant tot een inkomen van € 49.770. Daarboven daalt hij weer.
  • De inkomensafhankelijke combinatiekorting (voor ouders met jonge kinderen) is nul tot bij een inkomen van € 4.857. Daarboven loopt hij op tot bij een inkomen van € 32.832. Daarna is hij maximaal.

Toeslagen

Als u recht heeft op toeslagen, kan een levensloop uitkering daar ook invloed op hebben. Toeslagen worden lager (of vervallen) bij een hoger inkomen. Uw tegoed in één keer uitkeren kan daardoor betekenen dat u in dat jaar geen of veel lagere toeslagen krijgt. Maar daarna is de invloed dan ook wel voorbij. Periodiek uitkeren daarentegen kan de toeslagen over meerdere jaren verlagen. De gevolgen kunt u narekenen op toeslagen.nl

Inkomensmiddeling

Als u besluit tot het in één keer uitkeren van het levenslooptegoed en u krijgt daardoor eenmalig een flink hoger inkomen, dan kunt u via de middelingsregeling mogelijk belasting terug krijgen. Dit kan de belastingpijn voor uitkeren in één keer verzachten. Het verschil in inkomen moet dan wel enige omvang hebben. U kunt dit zelf doorrekenen met onze inkomensmiddeling rekentool.

Rendement

Tot slot speelt natuurlijk ook het rendement dat u krijgt op uw levenslooptegoed een rol. Welk rendement behaalt u binnen de levensloopregeling? En welk rendement behaalt u met hetzelfde geld in box 3? Als daar veel verschil in zit, is dat zeker ook een punt om mee te nemen in de afweging.

Uiteraard heeft BerekenHet.nl een mening

Bovenstaande toont opnieuw aan dat ons belastingstelsel veel te ingewikkeld is geworden. De fiscale gevolgen van keuzes over wat te doen met uw levenslooptegoed zijn niet goed meer te overzien. Alles hangt als een bord te gaar gekookte spaghetti aan elkaar.

Wat de toekomst gaat brengen weet niemand. Ook niet wat de overheid van plan is met ons belastingstelsel. Maar de levensloopregeling eindigt voor iedereen uiterlijk eind 2021. Die datum is al niet meer zo heel ver weg. Dat maakt de keuze misschien wel wat gemakkelijker.

Wilt u uw tegoed opnemen, wacht dan zo lang mogelijk. Misschien is er later dit jaar al meer duidelijkheid over de plannen voor een nieuw belastingstelsel of komende wijzigingen.

Gaat u doorsparen, neem het tegoed dan wel tijdig op, want anders valt het eind 2021 vrij en betaalt u de hoofdprijs zonder belastingkorting… als belastingregels in de tussentijd niet veranderd zijn.

Zelf berekenen

Er zijn in totaal 62 rekentools voor Werk, Inkomen & Ontslag.